Feedervissen

Feedervissen is erg populair onder de witvissers. Kenmerkend is het gebruik van een feederhengel: een lange werphengel met een hele soepele top. Aan de lijn zit een voerkorf en het aas. Doordat de lijn strak staat als de voerkorf op de bodem van het water ligt, zie je de aanbeet doordat de hengeltop begint te trillen. Dit maakt het feedervissen erg spannend: het ene moment staat de hengel roerloos in de steun, terwijl de hengel het volgende moment plotseling staat te trillen!
Het feedervissen kun je op korte afstand van de kant doen, maar ook zeker op grote afstanden is feedervissen en bewezen methode voor het vangen van vis!
Je kunt het feedervissen zo uitgebreid maken, als je zelf wilt. Hier zal de basis van het feedervissen worden beschreven met tips voor een grote vangst!

Benodigdheden

  • (Vis) Vergunning
  • Feederhengel (lengte rond 4.20m, afhankelijk van het watertype een light, medium of heavy feeder)
  • Werpmolen (afhankelijk van de visafstand: kleine molen voor dichterbij, grotere molen voor verder weg)
  • Hoofdlijn (nylon, 20/00)
  • Onderlijntjes (lengte: 50-100cm, haakmaat: 12-14-16-18)
  • Voerkorven (gewicht tussen 15-100 gram afhankelijk van de werpafstand)
  • Lokvoer: allround lokvoer, aangevuld met maïs, maden
  • Aas: maïs, maden, brood, aardappel, casters
  • Emmer om lokvoer in aan te maken
  • Landingsnet
  • (Onthaakmat)
  • Hakensteker
  • Stoeltje + hengelsteun

Locatie

Witvis is te vangen in alle zoete binnenwateren. Je kunt met de feederhengel dan ook op al deze wateren vis verwachten. Meertjes, grote vijvers en ook zeker kanalen en rivieren zijn geschikte stekken voor het feedervissen. Gezien het grote bereik van de feederhengel zijn de wateren, die moeilijk toegankelijk zijn voor de vaste hengel, vaak goed te bevissen met een feederhengel. Ook is op deze manier op grotere wateren, de grotere vis op de bodem bereikbaar.
Enkele tips bij het uitzoeken van een stek:

  • Zorg ervoor dat je ruimte hebt om makkelijk uit te werpen. Dichte begroeiing of bomen achter de stek zijn vaak niet geschikt: je wilt de montage in het water hebben liggen en niet in een boom hebben hangen!
  • Kijk naar plekken waarop je gemakkelijk naast de hengel kunt zitten met een stoeltje. Op deze manier kun je rustig zitten, terwijl je je hengel in de gaten houdt en kun je snel aanslaan bij een aanbeet.
  • Let op boten! Het is erg vervelend, als je lijn achter een boot blijft haken en hierdoor kapot gaat.

Feederhengel Optuigen

Het optuigen van een feederhengel gaat het makkelijkst in een aantal stappen:

  1. feedertoppenSchuif de hengeldelen in elkaar. Vaak zitten er meerdere toppen bij een feederhengel: kies de top bij het type water. Op stilstaand water en dichtbij kun je makkelijk een soepelere top gebruiken, terwijl een stuggere top meer geschikt is voor stromend water en verre worpen.
  2. Bevestig de werpmolen op de hengel en haal de hoofdlijn door de ogen van de hengel.
  3. Aan het eind van de hoofdlijn maak je een lusje, hier kun je met een lus-lus verbinding de onderlijn aan vast maken.
  4. Vervolgens maak je nog een lus in de hoofdlijn op ongeveer 20 cm van de zojuist gemaakte lus aan het eind van de hoofdlijn. Hieraan bevestig je met een lus-lus verbinding de voerkorf. Je hebt nu dus een hoofdlijn met 2 lussen: een voor de voerkorf en aan het eind een voor de onderlijn. Er zijn verder veel verschillende manieren om een voerkorf en een onderlijn te bevestigen aan de hoofdlijn, maar dit is de meest eenvoudige manier.
  5. Bevestig de voerkorf en de onderlijn (+haak)
  6. Vul de voerkorf met lokvoer en doe het aas aan de haak: tijd om te gaan vissen!

Lokvoer, Aas & Voerplek Opbouwen

De feeder uitrusting is compleet en de stek is uitgezocht. Tijd om een lokvoer aan te maken. Voor het feedervissen kun je gebruik maken van hetzelfde lokvoer als voor witvissen met vaste hengel of de matchhengel. Je kunt hiervoor een allround lokvoer kopen bij de hengelsportzaak, dat je aanvult met geknipte maïs, maden en casters. Zorg voor een lokvoer, dat niet te nat is. Een droog kneedbaar lokvoer werkt het best in combinatie met de voerkorf.
Het idee achter het feedervissen met de voerkorf is als volgt: doordat het lokvoer met behulp van de voerkorf op de voerplek wordt gebracht, kun je (ook op grote afstand) nauwkeurig een voerplek opbouwen. Dichtbij de voerplek ligt de onderlijn met het aas en de haak. De vissen zullen dit aas tegenkomen en je hebt beet!

Ook het aas bij het feedervissen komt overeen met het aas bij andere manieren van witvissen: maden, brood, maïs, casters, regenwormen, aardappel of kaas zijn goede aassoorten. Het aas wordt direct op de haak bevestigd.

Voordat je start met het vissen, is het essentieel om een voerplek op te bouwen. Dit houdt in dat je enkele voerkorven 'leegt' op de plek waar je wilt gaan vissen. Een voerplek opbouwen doe je op de volgende manier: Vul de voerkorf met voer en oriënteer je op een vast punt aan de overkant van het water. Werp vervolgens de voerkorf op de plaats waar je graag wilt vissen. Laat de voerkorf eerst zinken tot de bodem en bevestig dan de hoofdlijn op de molen achter de lijnclip. Dit is erg belangrijk! Op deze wijze werp je elke keer tot precies de juiste afstand!
Trek nu met een paar rukken aan de hengel de voerkorf leeg en haal hem binnen. Vul de voerkorf opnieuw, oriënteer je weer op het punt aan de overzijde van het water en werp opnieuw. Doordat de lijn achter de lijnclip zit, kan de lijn niet verder van de molen dan het punt van de clip. Het resultaat is dat je weer precies op dezelfde plek werpt als de eerste worp.
Werp op deze manier 5-8 voerkorven op de voerplek. Bevestig vervolgens het aas aan de haak, vul de voerkorf, werp uit en het feedervissen kan beginnen!

Vistechniek

Regelmatig voeren is een van de stappen naar succes bij het feedervissen. Breng elke 15 minuten een voerkorf op de voerplek, zodat je de vissen actief houdt. Ook kun je de haak met het aas controleren.
Verder is het voor het behoudt van je hengeltop verstandig om te controleren of de lijn niet om het topje van de hengel is geslagen tijdens het vullen van de voerkorf. Feedertoppen zijn erg teer. Wanneer je werpt met een slag van de lijn om de top, dan breekt de top gegarandeerd in twee stukken.
Zet de hengel tijdens het vissen op een hengelsteun, zodat de hengel compleet stil staat. Stel de hengelsteun zo af, dat de lijn strak gespannen staat. De hengeltop kan hierbij licht gebogen zijn. Het kan handig zijn om de hengel in een hoek ten opzichte van de waterkant in de steun te plaatsen (dus niet loodrecht op de waterkant), zodat de aanbeten makkelijker kunnen worden gezien.
Ook de lengte van de onderlijn en de grootte van de haak kunnen aan de situatie worden aangepast. Het spreekt voor zich dat als er kleine vis wordt verwacht, er gevist wordt met kleinere haakjes. Bij grotere vissen, maar ook als de vissen makkelijker bijten, kun je gebruik maken van grotere haken (vanaf nr. 14). De onderlijntjes kunnen bij gretig asende vis korter worden gemaakt, terwijl schuwe vis vooral wordt gevangen aan lange onderlijnen (tot wel meer dan 1m!). Afhankelijk van de situatie kan bekeken worden, wat het best werkt.

Aanslaan

Niet elke trilling in de hengeltop hoeft een vis aan de haak te zijn. Andere factoren zoals de wind, stroming in het water, vissen die tegen de lijn zwemmen of een trilling in de hengelsteun kunnen beweging van de hengeltop veroorzaken.
Het zal vaak geen probleem zijn om de aanbeten van grote vissen op de feedertop waar te nemen. Je ziet duidelijk aan de top, dat er aan de lijn wordt getrokken. Voor kleinere vissen is het een ander verhaal. Het vergt een beetje oefening om de in de ruis van trillingen, de subtiele trillingen veroorzaakt door een kleinere asende vis waar te nemen. In dit geval geldt zeker: "oefening baart kunst". Na enkele aanbeten zul je bij je eigen hengel een gevoel ontwikkelen over wat een aanbeet is en wat wordt veroorzaakt door iets anders. De tip hierbij: ga lekker vissen! Na een paar keer zul je merken, dat je in staat bent om de fijnere aanbeten op te merken!

Drillen, landen, onthaken & terugzetten

Je hebt de aanbeet waargenomen, je hebt aangeslagen en nu zit er een vis aan de lijn: tijd om hem binnen te halen!
zeelt bij het feedervissenHet drillen met een feederhengel lijkt op het drillen met elke andere werphengel, maar denk altijd aan de gevoelige top van de hengel. Draai de vis langzaam binnen en geef hem ook ruimte om zijn energie kwijt te kunnen. Een vermoeide vis kun je namelijk veel makkelijker onthaken. 

Als de vis dichtbij de waterkant komt, wordt het opletten: een hengeltop is het gevoeligst voor schade op het moment dat de vis dichtbij de waterkant is. De lijn maakt nu namelijk de scherpste hoek met de hengel, waardoor de top makkelijker kan breken. Let hierop, terwijl de vis naar het landingsnet wordt geleid.
Til de vis uit het water en onthaak hem met je vingers (als de haak voor in de bek zit) of met een hakensteker (als de haak dieper in de bek zit).
Nadat de vis is onthaakt, kun je hem terugzetten. Ondersteun de vis in het water, terwijl hij op krachten komt en laat hem rustig wegzwemmen: op naar de volgende vangst!

Meer informatie over witvissen? Klik hier: Meer info - Witvissen